vrijdag 16 augustus 2013

Toch vakantie in de caravan...

Achtste dag, vrijdag 16 augustus 2013
Liancourt – Henonville, 50 km


Alvorens te vertrekken wordt eerst alles op het picknickzitje en een extra tafeltje bij onze tent uitgestald om een selectie te maken van de kleren die we terug willen sturen. Op de foto ziet het eruit als een gordiaanse warboel, maar voor ons zit er wel degelijk systeem in.
Als alles ingepakt is kunnen we van start voor onze achtste dag. Te beginnen met lekker drie kilometer bergaf naar Liancourt, waar we eerst het postkantoor (’La Poste’) opzoeken. Het opsturen van het pakketje kost liefst 27 euro en centen.
‘Dat worden dan dure truitjes’, vindt Gerry. Maar dat moet je er maar voor over hebben. Alles beter dan die hele boel, die je toch niet nodig hebt, de rest van onze tocht onnodig mee te sjouwen.
Vervolgens gaan we, na een bezoek aan een Lidl – je komt ze overal tegen – op zoek naar de D137, die ons naar Mouy leidt, waar we weer op de route van Clemens Sweerman komen. Gerry is het niet altijd eens met de keuzes van de auteur van ons reisboekje.
‘Deë Sweerman, deë kín mich get. Allenui die verrekde bulte…’ Natuurlijk, Sweerman zoekt steeds de autoluwe binnenwegen op en lijkt verdacht veel te genieten van de sportieve ongemakken die dat met zich meebrengt. Toen Frans met May naar Santiago fietste hebben we af en toe (met hulp van autochtonen) heel wat gemakkelijker trajecten van de kaart kunnen plukken, die ons even ver brachten met aanzienlijk minder zweetdruppels. Maar aan de andere kant: Clemens geeft wel (schriftelijk) toe dat de rit van vandaag ‘behoorlijk pittig’ is. Zeker bij de weersomstandigheden van vandaag, want het is weer bloedheet.

In het stadje Méru maken we na een kilometer of dertig afzien een pauze waar we echt aan toe zijn. Op onze krukjes zitten we in de schaduw bij te komen van onze vermoeienissen.
‘Als dat elke dag zo moet, dan kan Santiago mij gestolen worden,’ ventileert Gerry haar gemoedstoestand, met de loutering van de pelgrim op schoot. En dat terwijl ze zich op de steilste klimmen nog altijd kan bedienen van 'Boost', het hoogste niveau van ‘elektrische bijstand’. Maar hoe dan ook… je komt nog eens ergens waar je anders nooit gekomen zou zijn.

Méru is een bijzonder aardig stadje met enkele overblijfselen uit een rijke historie. Het verwierf onder meer faam door de paarlemoeren snuisterijen die hier vroeger vervaardigd werden. Enkele oude gebouwen getuigen van die tijd. Een vakwerkhuis dat bijna vier eeuwen getrotseerd heeft, een ronde stenen toren en een markante kerk met oudste delen van duizend jaar.
Bovendien is het tegenwoordige Méru (voor wat het waard is) ook een MacDonalds rijk. Een plek waar je altijd verzekerd bent van internetverbinding. Daar maken we, onder het genot van een McFlurry, andermaal gebruik van.
Een paar foto’s op de mail naar May en een berichtje, in typische ‘Franse’ telegramstijl.

Vandaag vertrokken uit Liancourt. Hier in Meru vonden we een Mac. We zijn nog niet op de eindbestemming, maar sturen alvast wat foto's door. Tot nu toe erg warm weer en weer een aantal klimmen van 7 procent. Dus het was wel weer de moeite. De rest straks via de telefoon. Vanmorgen al 3 kg kleding teruggestuurd.

Ook kunnen we hier op de blog weer terugblikken naar wat we allemaal meegemaakt hebben. Genietend, gniffelend, erg leuk.
We spreken af om in Henonville te bekijken wat we doen: verder rijden of de plaatselijke camping opzoeken? Om kort te gaan, het wordt het laatste. Vijftig kilometer zweetvergieten is genoeg voor vandaag.

De camping Parc du Bois de Jolie is slechts bereikbaar via een ongelooflijk steile klim (langs een schitterend kasteel), door Sweerman aangeven als tien procent. Volgens de campingbaas ligt het percentage tussen de 12 en 14 procent. Op onze vraag of er andere mogelijkheden zijn dan het opzetten van de tent blijken we ook een caravan te kunnen huren. Zo zitten we hier dus min of meer in bekende omstandigheden in een vreemde caravan. Als we goed en wel geïnstalleerd zijn begint het te regenen. Een mals buitje weliswaar, maar niettemin een prima beslissing dus.
We voelen er weinig voor om in het dorp te gaan eten en zoals gisteren het grootste deel van de ingenomen calorieën weer te verspillen aan de klim terug naar de camping. Van de campingbaas horen we dat we in het dorp ook een pizza kunnen bestellen. Maar uitgerekend nu blijkt de pizzeria gesloten wegens vakantie. Gelukkig zijn in het acceuilkantoortje op uiterst beperkte schaal levensmiddelen te koop. Zo zitten we tegen de avond in het voortuintje van de caravan weer eens zelf te koken. Later op de avond wordt May gebeld voor het dagverslag. (Vreemd, vindt May achteraf, want op de site van de camping wordt geadverteerd dat er wifi is.)
Dit was het voor vandaag. En voor de rest: welterusten. Dormez bien et à demain.

2 opmerkingen:

  1. Hoi Frans en Gerry. Jullie verslag gelezen en we hebben het idee dat ons kaarsje is uitgewerkt, thuis maar gauw een nieuwe aangestoken voor jullie volgende etappe.Groetjes!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja, ja. Een bekend klimmetje bij Henonville. Mooi als aperitiefje voor de komende etappes. Niet meteen, maar straks, over een paar dagen in zuid Frankrijk, maar vooral in Spanje.
    Gelukkig nu al wat spullen teruggestuurd. De foto's van de bagage bij de voorbereiding lieten het al zien. Hopelijk was de zending voldoende.
    Naar Chartres is gemakkelijk. Het kan in 1 keer. Mooie stad, inderdaad een mooie stad om even te blijven.
    http://fietsennaarsantiago.wordpress.com/2008/08/17/dag-6-5-juni/

    BeantwoordenVerwijderen